In het seizoen 2023-2024 viert Poly Hymnia haar 75-jarig bestaan! Maar deze muziektheatervereniging is nog lang niet klaar voor haar pensioen. Om dit jubileum te vieren voert Poly Hymnia Orpheus in de onderwereldvan Offenbach op 30 en 31 mei in De Kom in Nieuwegein. We interviewden dirigent Michiel van Laarhoven over deze voorstelling en natuurlijk over Poly Hymnia zelf.
Je bent nu ruim twaalf jaar dirigent van Poly Hymnia, wat heb je de afgelopen jaren als ontwikkeling gezien?
“Toen ik begon bij Poly Hymnia was het een koor dat veel kleine concerten gaf in verzorgingstehuizen. Ze zongen daar musical, operette en opera. Daarnaast deden ze eens per jaar een grote voorstelling in Figi in Zeist. Dat was eigenlijk altijd een operette. Vanuit het bestuur kwam de wens om het repertoire om te gooien en dat vond ik zelf ook heel leuk om te doen. Naast noten stampen, tekst leren en zorgen dat alles harmonisch klopt, werd er meer aandacht besteed aan allerlei theateraspecten. Dus zijn we begonnen met Die Zauberflöte, Dido and Aeneas en Die Fledermaus en hebben we toegewerkt naar opera’s zoals L’Elisir d’Amore, Orphée et Eurydice en natuurlijk vorig jaar Cavalleria Rusticana.”
Poly Hymnia is een veel groter gezelschap geweest dan dat het nu is en net zoals elk koor hebben ook zij een klap gehad met Corona.
“Mijn grootste aandachtspunt is altijd geweest om mensen ook bewuster op het toneel te laten staan. En elke regisseur die ik heb meegemaakt heeft daar op zijn of haar manier aan bijgedragen. Simpele dingen zoals bijvoorbeeld een marktscène. De koorleden hadden vroeger de neiging om in het wilde weg rond te kijken en heel erg overdreven met elkaar te gaan praten zodra ze opkwamen. Maar welk welkdenkend mens loopt er zo overdreven en raar op een markt rond? Het blijft een uitdaging om zingen en acteren te combineren – maar als het lukt dan is het geweldig!”
En nu is het tijd voor een jubileumvoorstelling – Orpheus in de onderwereld van Jacques Offenbach: “Ja, ik ben hier heel blij mee! Ik wilde al heel lang een Offenbach-stuk doen met Poly Hymnia, maar ook al heel lang (en heel graag!) een ensemblestuk met heel vele kleine rollen, omdat dit echt een andere repetitie vibe met zich meebrengt. In dit geval werken we met 14 solisten die soms allemaal gelijktijdig iets anders te zingen hebben. Dan krijg je echt een ander soort chemie op het toneel. Bij een conventionelere opera heb je een sopraan, tenor en bariton. Waarschijnlijk gaat er dan iemand dood aan het eind vanwege een misgelopen liefdesrelatie, of zoiets. Je repeteert dan altijd de solistische stukken los van het kooraandeel en voegt dat later samen. In het geval van Orpheus in de Onderwereld, is er soms geen onderscheid meer tussen koor en solisten. En dat is precies wat ik wilde als jubileumvoorstelling: iedereen een rol.
En hoe ik dat vind? Het is echt heel leuk! Het is natuurlijk voor de productie een logistieke puzzel, want iedereen heeft natuurlijk een eigen agenda in te vullen en dat is echt lastig. Maar wat wordt het een fantastische voorstelling!”
Je zegt dat je al heel lang een Offenbach-stuk wil, waarom is dat?
“Offenbach is zo ongelofelijk lekker Frans en daar hou ik heel erg van: Franse muziek en componisten. En net zoals al zijn stukken, is Orpheus in de onderwereld ook nog eens ontzettend absurdistisch, satirisch en hysterisch.
Wat ik zo leuk vind aan Orpheus in de onderwereld is dat Offenbach als vertrekpunt een overbekend verhaal neemt. De Orpheus en Eurydice-mythe moet bij het toenmalige publiek ook bekend zijn geweest. Wat zou dan de reactie van de toeschouwers zijn geweest, als blijkt dat Orpheus helemaal meer niet van Eurydice houdt, maar alleen onder dwang van de Publieke Opinie naar de onderwereld afreist?
Hij gaf het publiek eigenlijk precies wat ze wilden: iets wat ze al 1000 keer hadden gezien en gehoord. En Offenbach voorziet ruim in die behoefte.
Maar niet zonder er zijn eigen draai aan te geven; goden zitten zich stierlijk te vervelen, het huwelijk tussen Orphée en Eurydice is allang niet meer wat het was. En de publieke opinie verkondigt een gezapige, stichtelijke mening over het antieke theater. Zelfs de overbekende aria ‘J’ai perdu mon Eurydice” uit de Gluck-versie van dezelfde mythe wordt becommentarieerd door de godinnen: dit wijsje kennen we al – next! Op deze ingenieuze wijze houdt hij het publiek een spiegel voor.
Poly Hymnia speelde in 2017 de prachtige Gluck-versie. Geënsceneerd in een metro-station. Een voorstelling waar veel koorleden en ikzelf met plezier aan terugdenken. Hoe ontzettend leuk is het om dit verhaal nu nogmaals te tackelen, maar dan door de – toch wel licht hysterische – ogen van Jacques Offenbach.”
Wij zingen Orpheus in de onderwereld in het Nederlands, waarom eigenlijk?
“Dat heeft te maken met het feit dat het echt over het publiek gaat en daarom moet je het haast wel hertalen naar hedendaags Nederlands. Zodat ook ons publiek zich een beetje bekeken voelt of kan lachen om hun eigen rariteiten. Bij de premiere was dat het welgestelde Parijse publiek dat naar zichzelf zat te kijken. Zij zijn de goden op de Olympus die zich stierlijk zitten te vervelen terwijl ze alles hebben. Ons publiek zal zichzelf ook kunnen herkennen, met bijvoorbeeld het telefoongebruik. Dat wij altijd op onze telefoon zitten is een herkenbaar issue, er ontstaan niet alleen fysieke maar ook psychische klachten door en dat wij dat uitlichten is natuurlijk wel erg van deze tijd.
In de vertaling heb ik eigenlijk weinig inspraak gehad, maar ik ken Heleen van den Hoven al zo lang. En zij is echt een heerlijke schrijfster (koop haar boeken!) en zij kan door middel van haar vertaling het publiek echt een spiegel voorhouden. Soms mocht het wel iets brutaler. Kijk, wat Offenbach doet en schrijft is eigenlijk een beetje stout. Nooit ordinair of plat, het blijft altijd sophisticated. Maar er mogen wel wat dingen in die voor het hedendaags publiek ook een beetje stout of op het randje zijn. Dat je bij jezelf denkt “oeh lala”.”
What’s next voor Poly Hymnia?
“Als dirigent vind ik het altijd leuk om dingen per voorsteling hondertachtig graden anders te doen. Dus vorig jaar speelden we Cavalleria Rusticana en dat is natuurlijk tragedie en alleen maar ellende, dus daarom is deze heerlijke beestenboel nu zo leuk. Je kunt er dan ook prat op gaan dat we volgend jaar weer lekker gaan janken. Ik kijk er nu al naar uit!”
En voor nu, voor 30 en 31 mei, waar kijk je nu nog het meest naar uit?
“Ik kijk gewoon echt uit naar de voorstellingen zelf. We hebben ook een enorm orkest van meer dan 30 man. Dit is het grootste orkest waar Poly Hymnia ooit mee gewerkt heeft. Zij spelen zo ontzettend goed en in combinatie met de fantastsiche hertaling van Heleen en de wervelende regie van Machteld van Bronkhorst kan ik niet wachten tot het allemaal samen komt. “